Een switch is een netwerk apparaat waarmee je verschillende computers of printers met elkaar kan verbinden. Elk apparaat kan dan gebruik maken van gemeenschappelijke diensten die in het netwerk beschikbaar zijn, zoals: internet toegang, verbinding maken met servers voor bijvoorbeeld het centraal opslag van documenten, afdrukken naar een gemeenschappelijke printer, ...
Dit soort netwerk noemt men Ethernet.
Er bestaan switches van verschillende grootte en snelheid.
De grootte van de switch omvat het aantal poorten, dus het aantal toestellen (computers, printers, ...) dat je in het netwerk kan gebruiken.
Voorbeelden zijn 5, 8, 16 24 en 48 poorten.
De snelheid bepaald de snelheid van de gegevensoverdracht tussen de verschillend toestellen. Hier hebben we 10Mbit, 100Mbit en 1Gbit (= 1000Mbit). Tegenwoordig wordt meestal het laatste type gebruikt. Het eerste type werd toen vaak een "hub" genoemd en wordt hedendaags niet meer gebruikt.
Er bestaan vele bijkomende functionaliteit die het onderscheid maken onder de switches, zoals het configureren van elke poort. Eén van de mogelijkheden bij sommige switches is PoE: Power over Ethernet. Hiermee kan een apparaat zoals een camera of een antenne voor draadloos netwerk via de netwerkkabel gevoed worden. Dan is er geen afzonderlijke kabel nodig om het apparaat te voeden.
Wanneer 1 switch niet voldoende is, kan men meerdere switches aan elkaar koppelen. Ideeal gebruikt men 1 hoofdswitch met daaran verschillende andere switchen in ster structuur.
Enkele foto's van switches:
Opmerkingen
0 opmerkingen
U moet u aanmelden om een opmerking te plaatsen.